zaterdag 30 april 2011

Zapservice

Online, op TV en in het echt - lang en kort geleden:

Publieke omroep - Ivo Niehe interviewt Saskia Noort over de verfilming van Terug naar de kust en dweept er weer flink op los. Hij begrijpt niet waarom haar boek door critici niet tot literatuur gerekend wordt: "Ik bedoel, naar mijn eenvoudige overtuiging, heeft dat toch te maken, met zjalouzie." Een shot van Saskia op blote voeten langs de kustlijn, met Ivo's voice over: "Het strand, de zee, de duinen, het was voor Saskia, de ideale plek, om te fantaseren, over de personages, van deze, ik mag wel zeggen, ijzingwèkkend, spannende roman." In het echt - Beschonken ontboezemingen onder collega's op een terras. Gespeculeer en ordinaire roddels over andere collega's, maar ook openhartig getoonde kwetsbaarheden - waarbij de wijn het meisje overmoedig had gemaakt bij het van wal steken - maar eenmaal op weg werd ze verlegen. Onderbroken oogcontact en een schuchter verzoek tot het veranderen van onderwerp. Iemand op twitter - "IT'er Raymond: "de universele vraag blijft: wil ik hier zijn, op aarde?' Een afhaakmoment van jewelste." In het echt - Een man op leeftijd loopt langs terwijl wij op een rijtje pauzeren in de zon. Hij begroet ons en parkeert zijn fiets, draait zich vervolgens naar ons toe, langzaam. Hij glimlacht, trekt een kam uit zijn broekzak en kamt zijn schaarse witte lokken van links - bovenlangs over zijn kale hoofd, naar rechts.  Dan stapt hij met vastberaden passen de boekwinkel binnen. RTL 4 - Thijs Willekes die tegen een bakker uit Ermelo zegt dat het voortdurend werken onder TL verlichting slecht is voor zijn huid en hij daarom maar beter maandelijks een gezichtsmasker kan nemen. En dan de gezichtsuitdrukking van die bakker. 

zaterdag 23 april 2011

Weer thuis

De treinreis duurde lang, want door werkzaamheden maakte ik een omweg. Het was al laat, maar de zon stond nog hoog en scheen in mijn gezicht. Warm en stil - ik dommelde weg. Toen ik wakker werd zag ik Olst, Wijhe, Meppel, Beilen. Ik zag een man aan een weiland weggetje tegen een boom zitten leunen, drinkend uit een bidon. Zijn fiets een eindje verderop. Alles groen en helder.

Het meisje tegenover mij sliep mooi. Veel mooier dan ik denk ik. Mijn hoofd knikt als ik slaap en soms valt mijn mond open. Haar hoofd knikte niet en het was bijna alsof ze zacht glimlachte. Ze droeg een mooie zomerjurk en over haar gezicht danste de zon met steeds nieuwe schaduwen.

Vlak voor Wijhe dronk een man aan de tuintafel onder het afdakje van het nieuwbouwhuis een flesje bier. Op tafel een flink glas rosé. Ook daar de zon in. Zijn vrouw deed de moestuin. Witte grote lakens aan de waslijn. Ik vroeg me af hoe alle andere dagen in en om dit huis eruit zagen. Zouden deze mensen na weer een werkdag werkelijk gelukkig hun oprit oprijden, van het huis met dakkapel en zandkleurige bakstenen - aan het spoor in Wijhe? Ook in november? Niet aan denken.

In Meppel zag ik hoe een oude man een vrouw van middelbare leeftijd ontving. Hun omhelzing was vol aandacht. Ze gebruikten geen woorden en namen de tijd. Een zoen op de ene wang. Oogcontact. Zijn stralende blik en brede grijns. Terug in de omhelzing en daarna een zoen op de andere wang. De trein trok langzaam op.

En nog een paar stations en een kleine busreis verder - was daar ook mijn ontvangst. A. met de hond. Ook bij ons knuffels en zoenen. De hond lyrisch, ik onhandig. Ik raakte verstrikt in zijn riem. We liepen naar huis, waar ik bij het tuinhek mijn neefje zag. Met dikke spekbenen, bolle wangen, blote billen, zijn ronde buik naar voren. Grote blauwe ogen, verlegen. In mijn hart voelde ik de zon, de rustende man tegen de boom,  het mooi slapende meisje, de zon in het glas in Wijhe, de eindeloze omhelzing en weer de zon. Allemaal tegelijk.

woensdag 20 april 2011

Gerechtigheid

Eigenlijk moest de sollicitatiebrief geschreven, de workshop voorbereid, het studiemateriaal gelezen en de belastingaangifte ingevuld. Natuurlijk is dat het moment waarop Schrijfzin onstuimig aan de bel trekt. Hij vleit zich tegen je voordeur. Je negeert hem een tijdje - maar dan bonst hij uitbundiger en zet hij hartstochtelijk zijn serenade in, waarmee hij je altijd aan het lachen maakt. Je vergeeft hem zijn valse noten. Hij verleidt je met Goddelijke amuses, schitterende woorden geeft hij je. Kleine beginnetjes. Aanstekelijke twinkelingen. Het duurt maar even, meent hij. Het enige wat je hoeft te doen is ophouden te doen en hem even binnenlaten. Het gaat vanzelf, belooft hij. Echt echt. ECHT! 

Goed. Kom maar binnen dan. 

Nou kijk - ik wil iets vertellen over twitter, steekt hij enthousiast van wal. Hij belooft met humor het aanklooien op twitter even pijnlijk bloot te leggen. Over het beeld dat je wil scheppen. Over het boekje dat je van de vriendin kreeg waarin het stond - en over anderen die het al zeiden en waar je het mee eens was en waar je om gelachen had en hoe je het had herkend. 

Goeie voorzet. Je vraagt je af hoe je hem zult afmaken. Hoe ga je dat doen? Ha! Slinkse Vitter op de loer. Ze ruikt je vraag en haar kans op verslinding - maar alles op zijn tijd, besluit ze. 

Twitter? Ach.. twitter. Nou, neuh. Alles is al eens gezegd hoor, over twitter - achteloos zegt ze het, en traag - terwijl ze verveeld haar nagels vijlt. Alles is al een keer gedaan - herhaalt ze ijzig kalm. Door talloze anderen die dit beter kunnen dan jij. Ze blaast het gruis van haar nagels en bekijkt ze tevreden. De workshop moet af, of jij gaat af - weet je nog? Ach, ze zucht eens diep. Als jij gaat schrijven wordt het vaal, denk je zelf ook niet? 

Gelukkig is daar de scheidsrechter. Met een waarschuwing voor Slinkse Vitter. Wegens incongruentie en affectieve verwaarlozing. Eerst binnenlaten en vervolgens afkeuren. Jézus. Mag Schrijfzin nou naar binnen of niet? 

Jahoor, kom gerust.   

(...) 

Kom dan! 

Nee na.tuuur.lijk niet. Schrjifzin is als de drammende kat bij de achterdeur. Die gaat dralen als je hem zijn zin geeft en de deur voor hem openhoudt. Jézus. Dan niet! Slinkse Vitter slaat de deur dicht. Keihard. Kwaad en verbolgen, haar ware aard ontmaskerd.

Dan wordt Slinkse Vitter afgefloten. Want Schrijfzin was niet als de kat - hij was de geslagen hond. De geslagen jonge hond die zijn wonden likte en toch geschreven had. 1-0 voor Schrijfzin. 

donderdag 7 april 2011

Vergane glorie

Dus we zaten op mijn balkon, terwijl ik net een sms van de ex ontvangen had. Gelukkig had ik al wat wijn op, waardoor de waarheid ongecompliceerder leek. Ik smste wat ik dacht en ik dacht niet teveel over wat ik smste. Heel prima.

En op mijn balkon, na het eten een sigaret rokend - werd het duidelijk wie de oude bok in huis was. Ik. Uitgerangeerde status. Ik vond het een vreemde gewaarwording. Het samen eten leek me handig, om wat afspraken op te frissen over het in het slop geraakte schoonmaakrooster. Natuurlijk was ik hier al bij voorbaat moe van. Dit was zó 2005. Maar goed, de realiteit liegt er niet om. Ik woon hier nog steeds. Met groot balkon dus, had ik dat al gezegd? "Konings." In mijn tijd gebruikten we dat woord niet.

Er kwam opnieuw een sms van de ex binnen. Dat ik hardvochtig was.
Ik prees hem om zijn goede spelling, zei iets over lief en loslaten, en wiste toen zijn nummer.

Hoogste tijd voor een nieuw begin.