Ik weet bijvoorbeeld nog wat peristaltiek betekent, maar kan mij niet de juiste volgorde van ons verteringssysteem herinneren. Ik weet dat E = mc2, maar welke eenheid vertegenwoordigt de c? Ik weet nog dat het getal van Euler begint met 2,71 – maar wat in Godsnaam moet je met dat getal? Aus-bei-mit-nach-zeit-von-
zur-außer-gemäß-gegenuber. Wat is dat voor rijtje?
Wie was Tutankhamun nou eigenlijk en hoe zat dat met Prins Bernhard en die steekpenningen? Ik heb altijd het gevoel dat ik hem een omstreden figuur moet vinden, maar ik weet niet waarom. Politiek is ook zoiets. Ik kan je echt weinig vertellen over Hans Wieghel en Frits Bolkestein. Of van die mensen waarvan je niet weet of ze nou dood zijn of niet. Ik durf het bijna nooit te vragen. Om maar te zwijgen over het nieuws.
En weet je wat erg was? Dat ik tot mijn 21e nog nooit van een fanfare had gehoord (het woord dan hè, het concept kende ik wel) en niet wist wat er ooit in Pompeï gebeurde – laat staan waar het lag. Ik dacht ook héél lang dat het monotoom was, in plaats van monotoon – hoewel er altijd die twijfel was, de laatste letter wegmoffelend. Vandáág pas, kwam ik erachter dat flamoes een voorbibs is en tot mijn veertiende heb ik geloofd dat wespen hun ‘vriendjes’ gaan halen als je ze wegblaast, waarna ze je met 236 tegelijk lek zullen prikken. Of dat kikkers zijwaarts lopen – maar vooruit, toen was ik
Niet dat ik een poging doe de onderste steen boven te krijgen, door uit te zoeken Hoe Het Zit. In plaats daarvan compenseer ik op krampachtige (om niet te zeggen kinderachtige) wijze voor het kennistekort, dat mij zo nu en dan toch echt behoorlijk zorgen baart. Heel nauwkeurig onthoud ik namelijk wanneer ik een woord ken en iemand anders niet. Inwendig maak ik vreugdedansjes als ik iemand uit kan leggen wat peristaltiek betekent. Of lacuneus. Ha!